Soms heb je dat ineens. Je hebt een boek in je handen en je kunt gewoon niet stoppen met lezen. Dat overkwam mij deze week toen ik de nieuwste roman van Susan Smit ‘Tropenbruid’ zo ongeveer ‘verslond’. Ik kon gewoon niet stoppen met lezen. Het is natuurlijk een onderwerp dat mij aan het hart ligt. Het oude Indië als achtergrond voor een prachtig, confronterend en heel bijzonder liefdesverhaal. Dit keer geschreven vanuit het perspectief van een blanke vrouw (tropenbruid) in Nederlands-Indië.
Van Nederland als tropenbruid naar Indië
Anna is de naam van dit weesmeisje (ik zeg ‘meisje’, want eigenlijk was ze ongelooflijk jong toen ze besloot een heel ander en nieuw leven op te bouwen in Nederlands-Indië). Een wijs meisje en al vrij snel een wijze vrouw te noemen met volwassen inzichten die bekoren en ontroeren. Misschien kan je het naïef noemen – de manier waarop ze naar de dingen in het leven kijkt, misschien ook niet. Ik was en ben in ieder geval ontzettend begaan met haar personage en de manier waarop ze denkt. En dan met name over de liefde tussen moeder en kinderen. Hoe ik dat bedoel? Dat lees je in deze hele mooie roman.
‘Lichter dan ik’ en ‘Tropenbruid’
Lastig is dit. Ik mag niet teveel verklappen en toch wil ik uitleggen waarom dit prachtige boek mij in mijn hart heeft geraakt. Misschien kan ik het duidelijk maken door eerst te vertellen over het andere bijzondere boek dat ik een paar maanden hiervoor heb gelezen. Ik heb het over de debuutroman van Dido Michielsen, ‘Lichter dan ik’. Zij schrijft op een heel integere manier vanuit het perspectief van de njai (een inlandse vrouw met een status tussen dienstbode en geliefde. Blanke mannen in Nederlands-Indië hielden er doorgaans een ‘njai’ op na). Het is bijna niet voor te stellen hoe zwaar het leven van deze vrouwen moet zijn geweest.
Als njai heb je geen rechten
Want wist je dat een njai nagenoeg geen rechten heeft? Vaak huishoudster en geliefde is van de blanke man, maar altijd onzichtbaar moet zijn (als er bezoek kwam dan moest de njai ‘naar achteren gaan’). En soms zelfs ook de moeder van de kinderen van de heer des huizes was. Maar op elk moment gewoon weggestuurd kan worden, met of zonder kinderen? Dat is toch een situatie die je jezelf helemaal niet voor kunt stellen. Een zin die mij uit ‘Tropenbruid’ is bijgebleven, uitgesproken door een blanke vrouw? “Die inlanders hebben een ander gevoel. Ze kunnen hun kinderen gewoon achterlaten, dat vinden ze niet erg“. Hoe is het mogelijk dat een mede-vrouw en misschien zelfs moeder dit uit haar mond heeft kunnen krijgen.
De positie van de njai
Eigenlijk hoort een njai nergens bij, beschrijft ook Susan in ‘Tropenbruid’ op een heel indringende manier. Een njai verloochent – vindt men – haar eigen volk door een relatie aan te gaan met een blanke Europeaan. Mocht ze ooit weggestuurd worden door de ’toean’ dan accepteert men haar niet meer, net als de Europeanen dat overigens nooit hebben gedaan. Het feit dat hun eventuele kinderen half blank zijn, betekent overigens ook dat zij noch door de inlanders, noch door de blanken meer worden geaccepteerd. Zowel de njai als de – uit de relatie met een blanke voortkomende – kinderen horen dus nergens meer bij. Onverteerbaar vind ik dat.
Een empathische tropenbruid in Nederlands-Indië
Dat de hoofdpersoon Anna heel empathisch tegen deze moeilijke situatie aankijkt en de moed toont er daadwerkelijk iets aan te willen veranderen, is ontroerend om te lezen. En tegelijkertijd confronterend, omdat je jezelf realiseert dat alle anderen in haar omgeving deze situatie feitelijk geaccepteerd hebben. Dat dit de manier is waarop het leven in elkaar zit. Heftig, onterecht, gekmakend aan de ene kant en tegelijkertijd merk je dat men op een bepaalde manier wordt ‘opgevoed’. Blanke Europeanen enerzijds wordt wijsgemaakt dat dit ‘maar’ inlanders (of ‘bruintjes’) zijn en dat dit de manier is waarop je met ze omgaat. En de oorspronkelijke bewoners van Nederlands-Indië anderzijds die een masker op hebben van onderdanigheid, maar die feitelijk van binnen borrelen.
Ken je dat? Je wilt het uitlezen en toch ook weer niet
Het deel van de roman dat gaat over Anna’s verlangen naar echte liefde is eveneens ontroerend. Ik kan mij zó goed voorstellen dat het leven loopt zoals het lopen moet en dat je maar gewoon accepteert wat op je pad komt. De lef die Anna toont om te gaan voor de echte liefde is iets … wat je eigenlijk zelf moet lezen in deze prachtige roman van Susan Smit. In meerdere opzichten vind ik dit een ‘must-read‘. Inzichten in de geschiedenis van het oude Indië, een onderbelicht deel van onze koloniale geschiedenis, de gedragspatronen en verhoudingen onderling, maar ook de hoop, het inlevingsvermogen en de liefde maken dit tot een boek dat nooit mijn boekenkast zal verlaten.
Wat haal ik er zelf uit?
Het doet mij denken aan mijn eigen voorgeschiedenis, waar ik zo weinig vanaf weet. Het gedrag dat ik zo goed herken van mijn eigen familie. Uiterlijk niet laten zien wat er van binnen dwars zit (want alles kan tegen je gebruikt worden). Gedrag wat ik absoluut heb nageleefd maar gelukkig in de loop der jaren heb laten gaan. Omdat het niet bij mij past. Als derde generatie Indo niet? Of sowieso als persoon niet? In ieder geval is het gedrag dat ik mijn kind niet mee wil geven. Ik geloof in openstaan voor datgene wat er is. En dat ook uitdragen. Wel wil ik mijn dochter – in fases – zoveel mogelijk vertellen over de cultuur en algemene geschiedenis van het toenmalige Nederlands-Indië (het huidige Indonesië). Wat het mij heeft gebracht en ook wat het haar zou kunnen brengen.
Mijn eigen voorgeschiedenis
Kortom, Tropenbruid heeft mij niet alleen diep geraakt, maar dit boek zorgt er ook voor dat ik nóg meer ga zoeken en lezen over de geschiedenis van het oude Indië. Net zoals mijn recente abonnement op het Moesson Magazine en mijn toenemende kennismakingen met mensen die allemaal iets met het Indische te maken hebben, er eigenlijk voor zorgen dat dit in een natuurlijke flow gebeurt. Alsof het zo heeft moeten zijn. Dat ik op latere leeftijd – eindelijk – een interesse begin te ontwikkelen in mijn voorgeschiedenis, mijn cultuur, het geboorteland van mijn grootouders en moeder. Dankbaar, is een woord wat in mij opkomt. Het heeft zo moeten zijn.
Of je nu Indisch bent of niet, dit is een prachtig boek dat zó goed en boeiend is geschreven dat je het in een keer uit wilt lezen. Niet weg kunt leggen. Heb jij al gehoord van deze nieuwste roman van Susan Smit?
Tot de volgende keer.
Rory Blokzijl